Het Europees parlement heeft recentelijk beslist dat het kappen en verbranden van bomen om “schone” energie op te wekken een goede zaak is. De drogreden daarachter is dat het verbranden van bomen weliswaar CO2 uitstoot, maar dat die CO2 weer uit de lucht wordt gehaald door bomen die ter vervanging worden geplant.
Zelfs een onnozele hals begrijpt dat dat onzin is. Immers het verbranden van een boom is gebeurd in een vloek en een zucht, maar het duurt 30 tot 40 jaar tot de vervangende boom dezelfde omvang bereikt. Je zou dus giga veel jonge bomen moeten planten om het kappen en verbranden bij te houden.
Doordat de herplant van bomen het kappen en verbanden van bomen bij lange na niet bij kan houden resulteert het verbranden van bomen in heel veel extra CO2 uitstoot en is dus allesbehalve CO2-neutraal.
Een ander bezwaar is uiteraard dat bij de herplant de voorkeur uitgaat naar snelgroeiende en voor verbranding geschikte bomen, waardoor het bomenbestand steeds eenzijdiger wordt. Zeg maar dag tegen vlinders, vogels, eekhoorns en zeg maar dag tegen biodiversiteit.
Op voorstel (motie) van de Partij voor de Dieren wordt de uitstoot van CO2 door verbranding van bomen (biomassa) voortaan gemeten. Dat is mooi, maar het lost weinig op zolang niet wordt gemeten hoeveel CO2 uit de lucht wordt gehaald door herplant van bomen.
Overigens zulke berekeningen, daar wordt gewoonlijk enorm mee geknoeid om gewenste uitkomsten te krijgen.
De belangrijkste reden overigens waarom bomen worden verbrand om “duurzame” energie te krijgen is dat daar omvangrijke subsidies (onze belastingcenten!) voor beschikbaar zijn.