De Algemene Plaatselijke verordening (APV) bepaalt dat er geen bomen mogen worden gekapt zonder omgevingsvergunning. Dat biedt bescherming, zou je zeggen.
Zeer beslist niet. Het levert lokale belastingen op (leges) en omzetstijgingen van ‘ecologische adviesbureaus’, waarvan de nodige met een dubieus karakter. Deze laatste beoordelen niet de behoudmogelijkheden maar schrijven toe naar de verlening van een kapvergunning.
De afgehandelde aanvragen van omgevingsvergunningen hebben vanaf 1 januari 2004 (6½ jaar) maar vijf keer een geweigerde vergunning opgeleverd, zo blijkt uit onze kapdatabase waarover elders op deze website gelezen kan worden. Dat is een weigering in nul komma en een heel klein beetje procenten van de gevallen. Iemand die een kapvergunning aanvraagt is er bijna zeker van dat die vergunning zal worden verleend.
Wat zegt de APV verder?
Het bevoegd gezag kan de vergunning weigeren dan wel onder voorschriften verlenen in het belang van: (a) de ecologische waarde, (b) ruimtelijke waarde (c) milieuwaarde en (d) de cultuurhistorische waarde.
Het gaat hier om een kan-bepaling. B&W heeft dus de beleidsvrijheid om de vergunning te weigeren.
Zo’n weigering moet dan wel goed onderbouwd en gemotiveerd zijn om in een gerechtelijke procedure overeind te blijven. Dat onderbouwen en motiveren vraagt een vaardigheid die de gemeentelijke dienst vrijwel niet bezit. Bovendien moet men kunnen steunen op gemeentelijke of onafhankelijke expertises. De gemeentelijke deskundigheid die ingezet kan worden is vrijwel wegbezuinigd en onafhankelijke expertises worden niet ingezet omdat daar kosten aan verbonden zijn en onafhankelijken moeilijk gevonden kunnen worden.
Daarom moet de vergunningaanvrager zelf met een expertiserapport voor de dag komen. Ook in deze expertwereld gaat in veel gevallen op: wie betaalt, bepaalt. Er komt in zulke gevallen een rapport tevoorschijn met de gewenste beoordeling.
Nu de waardebepalingen.
De APV-tekst legt de vier begrippen niet uit. In de Toelichting worden de vier begrippen in enkele tientallen regels besproken. Het zijn geen definities en voor daar niet van houdt evenmin praktijkhandreikingen. Het begrip ‘waarde’ wordt al helemaal niet uitgelegd.
Heel veel wijzer word je niet van de toelichting omdat de interpretatieruimte misschien wel iets anders gevormd is, maar nog steeds heel groot is.
Een voorbeeld van de milieuwaarde: de boom speelt een belangrijke rol bij de tijdelijke berging van water. Toon maar eens even aan dat de specifieke boom de functie vervult die hem wordt toegedicht. Hiervoor het bewijs leveren is een erg kostbare aangelegenheid.
De neiging om je er maar met een Jantje van Leyden van af te maken, dan wel geflankeerd met welsprekende en ferme tekst die regelmatig van een vorig geval kan worden overgeschreven, is wel heel groot.
Moet – er gelet op onder meer de ‘klimaat-opgave’ die de stad heeft – niet in een andere richting worden gedacht, namelijk: geen boom wordt gekapt, behalve ……. En flankerend: waar een boom doodgaat wordt die vervangen, behalve ……
Hier gaan we de komende tijd met raadsleden over praten. De eerste afspraak is al gemaakt.